In de zomer van 1859 stemt een arts, een weduwe, er met tegenzin mee in om een onlangs vrijgelaten slaaf en haar mysterieuze blanke dochter mee te nemen op een vijfdaagse reis door het bloedige Westen om de gebedsgenezer van een afgelegen stad te vinden. De vrouw denkt dat haar dochter bezeten is. De dokter denkt dat ze simpelweg de ziekte draagt. Hoe het ook zij, het feit blijft dat elk levend wezen dat het meisje aanraakt op mysterieuze wijze sterft.